rvd-20190807-P1211388

Michel en Berend over kennisprogrammering

Nieuwe kennis ontwikkelen lijkt vanzelfsprekend, maar er gaat een hoop aan vooraf. Hoe bepaalt ISSO welke kennis nodig is? En hoe vertaal je signalen uit de praktijk naar betrouwbare richtlijnen voor de hele sector? Michel (Directeur Productontwikkeling & Innovatie) en Berend (Senior Adviseur) vertellen in deze blog hoe dat proces werkt; van eerste idee tot publicatie.

Wat is jullie rol bij het ontwikkelen van nieuwe kennis?

“Het begint altijd met bepalen welke kennis er nodig is,” legt Michel uit. “We kijken daarbij naar twee hoofdbronnen: wat de praktijk gebruikt en wat er vanuit wet- en regelgeving op ons afkomt. Zo volgen we Europese en nationale ontwikkelingen, zoals nieuwe energie-eisen of digitaliseringsverplichtingen, en kijken we naar onze eigen gebruiksdata: welke publicaties worden veel geraadpleegd, welke raken verouderd?”

Berend vult aan: “Vanuit de praktijk hoor ik ook waar behoefte aan is. Tijdens bijeenkomsten of gesprekken met brancheorganisaties en adviseurs merk ik dat bepaalde vragen steeds terugkomen. Als meerdere partijen hetzelfde signaal geven, is dat voor ons een teken dat er iets speelt. Die signalen breng ik terug naar ISSO, waar we ze naast de gebruiksanalyses leggen. Zo verbinden we wat er leeft in het veld met de kennis die we al hebben.”

Hoe bepalen jullie of een onderwerp ook echt een nieuw kennisproduct wordt?

Michel: “Dat is altijd een afweging. We doen een innovatie-analyse waarin we inschatten welke ontwikkelingen binnen één, drie of vijf jaar marktrijp zijn. Daar komen vaak wel negentig innovaties uit, maar we kunnen ze niet allemaal uitwerken. Daarom kijken we: past het binnen onze kernthema’s? We willen namelijk sterk blijven in energieprestatie, klimaatinstallaties en bouwkundige details, en laten onderwerpen waar anderen beter in zijn, bewust liggen.”

“En soms,” zegt Berend, “blijkt dat we een onderwerp al deels dekken. Dan hoeven we geen nieuw product te maken, maar kunnen we bestaande kennis actualiseren. Mijn rol is vooral om de vragen en kansen op te halen; Michel bewaakt vervolgens de focus: doen we dit wel of niet, en hoe past het in het geheel?”

Hoe vertalen jullie signalen naar concrete projecten?

“Zodra duidelijk is dat een thema relevant is,” vertelt Berend, “werken we dat uit in een startdocument. Daarin staat het probleem, de doelgroep, het doel en welke partners betrokken zijn. Vaak zoek ik in die fase ook al contact met mogelijke financiers of samenwerkingspartners, zoals brancheorganisaties of de overheid.”

Michel vervolgt: “Als die basis er ligt, maak ik er een project van. Ik kijk hoeveel tijd en middelen nodig zijn, welke expertise we in huis hebben en hoe we het kunnen financieren. Berend heeft vaak de eerste gesprekken buiten, ik sluit gaandeweg aan en zorg dat het binnen klopt. Zo sluiten de buitenwereld en onze interne organisatie goed op elkaar aan.”

Wat is de rol van overheid en regelgeving?

“Die is groot,” zegt Michel. “Europese wetgeving, zoals de EPBD over energieprestatie van gebouwen, bepaalt voor een belangrijk deel waar nieuwe kennis nodig is. Als iets wettelijk verplicht wordt, moet de sector daar ook echt mee aan de slag kunnen. Dan zorgen wij dat er toepasbare kennis is.”

“Precies,” vult Berend aan. “We maken geen beleid, maar helpen dat de professionals het beleid op een praktische manier uit kunnen voeren. De overheid weet dat ISSO de brug kan slaan tussen beleid en toepassing. Dat maakt ons werk heel concreet en relevant.”

Hoe zorgen jullie dat kennisproducten aansluiten op de praktijk?

“Door er vanaf het begin de juiste mensen bij te betrekken,” legt Berend uit. “We werken samen met experts uit de branche en toetsen continu of wat we ontwikkelen bruikbaar is voor verschillende doelgroepen, van ontwerpers tot installateurs. Zo blijft het geen theoretisch verhaal.”

Michel: “En we volgen ook of kennis daadwerkelijk gebruikt wordt. Vroeger maakten we soms te veel publicaties. Dan bleek later dat ze weinig impact hadden. Nu richten we ons liever op minder producten die echt breed worden toegepast.”

Hoe maak je keuzes als er meer ideeën zijn dan middelen?

“Dan kijken we naar drie dingen,” vertelt Michel. “Impact, gebruik en verplichting:
– Heeft het onderwerp grote impact op de sector?
– Gaat het breed gebruikt worden?
– Of is het wettelijk verplicht?

Voldoet een onderwerp aan één of meer van die punten, dan krijgt het prioriteit. Soms maken we iets voor een kleine groep, bijvoorbeeld over brandveiligheid in hoge gebouwen, maar als de risico’s groot zijn, is dat toch belangrijk. Impact is dus niet alleen hoeveel mensen het gebruiken, maar ook wat het betekent voor de sector.”

Waar ligt de focus voor de komende jaren?

“De komende jaren krijgen we te maken met drie grote thema’s,” zegt Michel. “Europese regelgeving, digitalisering en klimaatadaptatie. We willen bestaande kennis actueel houden én uitbreiden met nieuwe inzichten, zodat professionals niet tien losse publicaties hoeven te raadplegen, maar één geïntegreerd geheel hebben.”

Berend besluit: “Het gaat erom dat we innovatie stapsgewijs inbouwen in wat er al is. Kennis moet meegroeien met de praktijk, niet los van de praktijk bestaan. Dat is onze uitdaging en onze kracht.”

Benieuwd met welke publicaties wij momenteel druk bezig zijn? Bekijk ze op onze projectpagina: Bekijk onze projectpagina: https://isso.nl/projecten/.