Bouwmanagement

Circulair beheer en onderhoud van gebouwinstallaties

In de aflopen twee jaar voerde ISSO een verkenning uit naar een methode om circulair beheer en onderhoud van gebouwinstallaties in aanbiedingen te krijgen. Ook keken we hoe we deze vorm van circulariteit objectief kunnen beoordelen. In de derde fase van dit project bepalen we de parameters om te zien wat in dergelijke projecten realistisch is. Tegelijk zullen we de parameters aan de hand van een pilotproject valideren, om te zien welke doelen haalbaar zijn.

In 2023 en 2024 voerde ISSO in opdracht van het Rijksvastgoedbedrijf een verkenning uit naar een methodiek om aanbiedingen voor circulair beheer en onderhoud van installaties objectief te kunnen beoordelen. Dit resulteerde in het ISSO-rapport 110930 ‘Circulair onderhoud gebouwinstallaties’. Daarna ontwikkelden we de kennis verder om deze in de praktijk te kunnen toepassen, wat is beschreven in het ISSO-rapport 110931 ‘Sturen op circulair beheer en onderhoud’.

Meetbare KPI’s in een casus

In deze derde fase van het project zullen we als eerste de methode die we ontwikkelden, beschreven in ISSO-rapport 110931, vertalen naar concrete en meetbare KPI’s. Als we deze parameters beschikbaar hebben, zullen we de methode met de parameters toepassen in een concrete casus. Onderdeel van dit praktijkproject zijn interviews met de betrokken professionals. Uiteindelijk zullen we alle resultaten en bevindingen opschrijven in het ISSO-rapport 110932.

Haalbaar en realistisch

Vanuit de EPBD IV wordt ook gewerkt aan het implementeren van de Smart Readiness Indicator (SRI). Deze geeft inzicht in hoe slim gebouwinstallaties kunnen worden aangestuurd op vraag, beschikbaarheid en beoogd gebruik, gericht op energiebeheer, comfort en flexibiliteit. Zo fungeert de SRI als indicator voor geschiktheid voor toekomstige uitbreidingen voor de digitale en duurzame intelligentie van gebouwen. Een GACS is noodzakelijk voor een hoge SRI-score. De SRI zit momenteel in een testfase. Naar verwachting wordt deze vanaf 30 juni 2027 verplicht voor systemen groter dan 290kW.

Praktische leidraad voor prestatiegerichte keuzes

Voor we met het pilotproject starten, willen we in de eerste fase eerst de KPI’s, oftewel de parameters ontwikkelen waarmee we de circulariteit concreet en meetbaar kunnen maken. Als de markt dit instrument gaat inzetten, moeten we weten wat haalbaar en realistisch is. De KPI’s richten zich bijvoorbeeld op:

  • Percentage virgin versus non-virgin materiaalgebruik.
  • Herkomst en hergebruikpotentie van materialen.
  • Toepassing en borging van R-strategieën.

Uiteindelijk resulteert deze eerste fase in een eerste versie van een op Excel-gebaseerde rekentool waarmee opdrachtgevers hun aanbieders eenduidig kunnen beoordelen. Als we overgaan naar het valideren van de KPI’s in de praktijk willen we via de interviews met de betrokkenen het project inhoudelijke evalueren en uiteindelijk de ervaringen en verbeterpunten in het rapport vastleggen.

Objectief kunnen toetsen

Dit ISSO-rapport biedt belangrijke informatie voor met name technisch adviseurs, contractmanagers, projectleiders en beleidsadviseurs. Het onderzoek helpt iedereen die betrokken is bij het opstellen, beoordelen en uitvoeren van onderhoudscontracten voor (lucht)installaties in utiliteitsgebouwen. Het rapport biedt deze professionals straks concrete handvatten om circulaire aanbiedingen objectief te toetsen en aanbestedingen kwalitatief te verbeteren.


Betrokkenen

NaamBedrijf
Mevrouw E. LomanKuijpers Centrale Projecten B.V.
De heer J. KalkmanRijksvastgoedbedrijf via Mainpress
De heer O. OostingNederlandse Technische Vereniging voor Installaties in Gebouwen TVVL
De heer Wilfred van der PlasDWA B.V.
Mevrouw L. BoonePianoo
De heer S. de IonghRijksvastgoedbedrijf
De heer B. KoudstaalISSO
Mevrouw dr. ir. E.E. AldersISSO
De heer F. van BeijnenEQUANS Nederland nv
De heer P. BorghoutsVereniging FME/CWM
De heer E. RootCarrier Nederland B.V.

Bekijk de vorige publicatie

Projectplanning

Fase 1

In uitvoering

Herziening